Inflatie

De inflatie in België bedroeg in januari dit jaar 7,6%. Kort door de bocht betekent dit dat het leven 7,6% duurder is geworden dan een jaar voordien, in januari 2021. Ter vergelijking, de inflatie toen was slechts 0,3% ten opzichte van januari 2020. De recente inflatiecijfers zijn dan ook ongezien sinds begin jaren tachtig. Wat is er aan de hand?

 

Wat is inflatie?

Voor we enkele mogelijke verklaringen bespreken van de recente prijsopstoot, is het misschien nuttig even stil te staan bij de definitie van inflatie en de manier waarop inflatie gemeten wordt. Inflatie duidt op de stijging in prijzen van goederen en diensten. Wanneer er inflatie optreedt, kan je minder kopen met één euro dan voordien, of m.a.w. de koopkracht daalt. Wanneer daarentegen prijzen dalen, spreekt men van deflatie.

De cijfers die hierboven werden aangehaald komen van het nationaal indexcijfer der consumptieprijzen, de NICP. Deze index wordt opgesteld aan de hand van de prijzen van een korf van goederen en diensten, die te gepasten tijde wordt bijgewerkt. Die prijzen worden maandelijks gemeten op basis van een aantal varianten van de desbetreffende producten of diensten. Vervolgens worden er gewichten toegekend aan al die producten en diensten aan de hand van enquêtes afgenomen in een steekproef van huishoudens over het gebruik van hun budget. Zo komt men tot één indexcijfer, een gewogen som van veel verschillende prijsstijgingen.

Dit is echter allesbehalve de enige maatstaf van inflatie. Zo is er ook de gezondheidsindex, die gebaseerd is op de NICP, maar waaruit een aantal producten zoals alcoholische dranken, tabakswaren, benzine en diesel gehaald zijn. De gezondheidsindex is de maatstaf van inflatie die gevolgd wordt voor het verhogen van onder andere lonen, sociale uitkeringen en huurprijzen, de zogenaamde indexering. Ook de gezondheidsindex vertoonde in januari 2022 een inflatie van 7,1 procent t.o.v. een jaar eerder. Ten slotte is ook de HICP het vermelden waard. Dit is de geharmoniseerde index van consumentenprijzen, geharmoniseerd binnen Europa en bijgehouden door Eurostat. Deze index maakt het mogelijk de inflatie te vergelijken tussen landen. De HICP geeft voor januari zelfs een nog hoger inflatiecijfer van 8,5% aan in België. Ook de inflatie in de eurozone ligt hoog met 5,1%. Op basis van de geharmoniseerde index wordt duidelijk dat België een uitschieter is. Slechts twee landen tekenen een hogere inflatie op: Estland en Litouwen.

De besproken inflatiemaatstaven zijn bovendien allemaal indices die de consumentenprijzen opvolgen, maar er bestaan ook producentenprijsindices. Die proberen de prijsstijgingen te meten voor bedrijven en bevatten bijvoorbeeld indicatoren voor de grondstoffenprijzen. Dé inflatie bestaat dus niet. Of het leven duurder wordt is afhankelijk van tijd en context. De chef statistiek van Turkije heeft dit overigens aan den lijve mogen ondervinden. Hij werd recentelijk ontslagen omdat de zeer hoge inflatiecijfers president Erdogan niet aanstonden.

 

Waarom is er inflatie?

Economen hebben verschillende verklaringen gesuggereerd voor de recente stijgingen in inflatie. Voor we dieper ingaan op een aantal van die verklaringen, moet er nog nota worden gemaakt van een veelgebruikte argumentatie, namelijk de zelfvervullende verwachting van inflatie. Dat wil zeggen dat het zicht op toekomstige inflatie de huidige inflatie in de hand werkt. Wanneer mensen verwachten dat prijzen gaan stijgen, zullen ze nu meer consumeren om prijsstijgingen voor te zijn, waardoor prijzen inderdaad zullen stijgen. Daarom houden economen de inflatieverwachtingen nauwlettend in de gaten. Men zou dit het psychologische of sociale effect van de inflatie kunnen noemen, dat als iedereen praat over inflatie, er inflatie in de hand wordt gewerkt. (Misschien is het dan ook beter deze tekst niet te schrijven en het webinar niet te organiseren, maar laten we ervan uitgaan dat zolang we er ons bewust van zijn, dit effect niet zal optreden.)

  • Een eerste verklaring voor de inflatie die – om gegronde redenen – als voornaamste factor naar voren wordt geschoven in het publieke debat, zijn de hoge energieprijzen. Het behoeft nog weinig argumentatie dat de prijs van elektriciteit, gas, stookolie en motorbrandstoffen een enorme vlucht heeft genomen. Een blik op de facturen volstaat. Echter, ook de kerninflatie gaat in stijgende lijn. Dat is een maatstaf (de laatste, ik beloof het) die de inflatie meet zonder de invloed van energieproducten en onbewerkte voedingsmiddelen. De kerninflatie bedroeg in januari 3%, hoger dan het streefdoel van de Europese Centrale Bank van 2%.

 

  • Een tweede verklaring voor de inflatie zijn de effecten van de pandemie op globale waardeketens. Aan de vraagzijde leidde de beëindiging van de strenge lockdowns en de aanpassingen aan het leven met corona tot een plots gestegen vraag in veel goederen. Aan de aanbodzijde werden zowel productie als distributie geplaagd door aanhoudende coronamaatregelen. De combinatie van vraag- en aanbodzijde deed de transportkosten reeds een jaar geleden enorm stijgen, wat zich vertaalde in hogere prijzen voor verhandelbare goederen. Nog steeds zijn bijvoorbeeld de kosten om een container van China naar andere werelddelen te verschepen tien keer zo hoog als voor de pandemie.

 

  • Een derde verklaring is de rol van het monetair beleid. Milton Friedman poneerde dat inflatie altijd en overal een monetair fenomeen is. De Europese Centrale Bank (ECB) is immers in het leven geroepen voor het handhaven van prijsstabiliteit. Traditioneel verloopt dat monetair beleid door het controleren van de intrestvoet, een mechanisme dat werkt als volgt: wanneer de inflatie stijgt, verhogen zij de intrestvoeten. Dat zorgt ervoor dat sparen interessanter wordt, waardoor mensen consumptie meer gaan uitstellen. Dit werkt dan de inflatie tegen. Sinds de financiële crisis van 2008 staan rentevoeten echter historisch laag. Bovendien heeft de ECB de geldhoeveelheid substantieel verhoogd tijdens de pandemie, een proces dat kwantitatieve versoepeling wordt genoemd en dat inflatie in de hand kan werken.

 

  • Naast het monetair beleid is er ten vierde ook het fiscaal beleid. De overheid heeft met allerhande steunmaatregelen geprobeerd de economie draaiende te houden en heeft daar grote tekorten voor gemaakt. Die extra overheidsuitgaven creëren extra consumptie, opnieuw de draaischijf van inflatie. Een subtieler effect van fiscaal beleid wordt gepropageerd door John Cochrane, professor aan Stanford, in de zogenoemde fiscale theorie van het prijsniveau. Wanneer de overheidsschuld te groot wordt, dat mensen niet meer verwachten dat ze kan worden terugbetaald, zal die moeten eroderen met inflatie. Wanneer immers de schuld een constant bedrag blijft, zal die gemakkelijker terug te betalen zijn als dat bedrag minder waard wordt door inflatie. Het belang van fiscaal beleid wordt overigens kracht bijgezet door het feit dat de VS mits grotere steunmaatregelen ook hogere inflatie kennen.

Een aantal andere verklaringen die worden geopperd zijn nog de stijging in een aantal andere grondstoffenprijzen, zoals bouwmaterialen, een grotere vraag naar woningen, het tekort aan chips, … Tot slot speelt de automatische loonindexering een belangrijke rol in België. Zowel de lonen in de publieke als in de private sector worden automatisch aangepast aan de inflatie, zoals vastgelegd in collectieve arbeidsovereenkomsten, al is het met enige vertraging. Hierin is België uniek onder de grotere landen. Economen waarschuwen daarbij voor loon-prijsspiralen, waarbij hogere lonen leiden tot hogere vraag, hogere prijzen en zo terug tot hogere lonen.

 

Conclusie

Inflatie is een fenomeen met vele facetten, ondanks wat Friedman beweerde. Welke mechanismen een belangrijke rol spelen, of de Centrale Bank en overheden moeten ingrijpen en hoe ze dat moeten doen, zijn vragen die allicht aan bod zullen komen op het webinar. Ook benieuwd naar de antwoorden van Paul De Grauwe en Lex Hoogduin? Afspraak op 21 februari om 20 uur (meer informatie en inschrijven).

 


Auteur

Deze educatieve tekst werd geschreven door Dieter Van Esbroeck, doctoraatsonderzoeker Vives (KU Leuven) en bestuurslid bij Ifese.


Bronnen

Cochrane J. (2021). The Fiscal Theory of the Price Level. Princeton University Press, pp. 672.

Friedman M. (1970). A Theoretical Framework for Monetary Analysis. The Journal of Political Economy, 78(6), pp. 1385-1386.

De Tijd. Erdogan zet chef statistiek aan de deur tijdens inflatiopstoot.

De Tijd. België kent op twee na hoogste inflatie van hele Eurozone.

The Economist. A return to container shipping pre-pandemic-days is a long way off.

The Economist. Container shipping costs have surged in recent months. 

The Economist. Has the pandemic shown inflation to be a fiscal pehonomenon.

NBB. Data.

VRT Nieuws. Inflatie op hoogste peil sinds 1983.